Dassenonderzoek
In september 2020 werden dassensporen in het gebied gesignaleerd. De bouwwerkzaamheden in ’t Ham zijn toen stilgelegd. Sinds oktober 2020 wordt er onderzoek uitgevoerd en houden dassendeskundigen met meerdere wildcamera’s in het gebied het gedrag en welzijn van de das 24 uur per dag in de gaten. Op de camerabeelden was in 2020 steeds één en dezelfde das te zien.
9 Januari tweede das waargenomen
Op 9 januari 2021 namen de camera’s voor het eerst een tweede das waar in het gebied. De experts gaan ervan uit dat het een vrouwtje is, maar ze kunnen het geslacht nog niet met zekerheid vaststellen.
Op zoek naar voedsel in de bebouwde kom
De experts constateren dat de huidige locatie niet optimaal is voor de das en al helemaal niet voor een dassenfamilie. In het stedelijk gebied waar de dassen nu verblijven, is gedurende het hele jaar onvoldoende voedsel beschikbaar. Op de camerabeelden is te zien dat de das daarom op zoek gaat naar voedsel bij de flatgebouwen in de buurt. Dat brengt een hoog risico op een aanrijding met verkeer met zich mee, met dodelijke afloop voor de das. Zeker voor een familie dassen is deze situatie onveilig. Ook de aangrenzende Hambeek is een barrière, want dassen vermijden water het liefst.
Verplaatsen naar een veiligere plek
Het advies van de dassendeskundigen is om de verplaatsing nu uit te voeren. Uit de observaties blijkt dat zelfs als de tweede das al een vrouwtje is, zij hoogstwaarschijnlijk niet zwanger is. Er is op de camera’s, ook de afgelopen maanden/weken, bijvoorbeeld niet waargenomen dat er nestmateriaal naar de burcht gesleept wordt en ook het postuur van de tweede das is slank. Ook is het onwaarschijnlijk dat er jongen zijn geboren. Beide dassen verbleven op 6 februari nog dicht in elkaars nabijheid. In geval van een vrouwelijke das met jongen zou dat niet het geval zijn.
Er is een nieuwe, veilige locatie gevonden in de natuurlijke omgeving van Vlodrop waar de dassen het hele jaar door voedsel kunnen vinden. Op die plek is inmiddels een kunstburcht aangelegd met meerdere kamers en pijpen waar ruimte is voor eventuele gezinsuitbreiding. Een vergelijkbare burcht is eerder met succes aangelegd, want daar wonen nu al 15 jaar meerdere dassen. Om de dassen te laten wennen aan hun nieuwe omgeving, is op de nieuwe locatie een tijdelijk raster geplaatst en zullen ze in de eerste maanden ook worden bijgevoerd. Dit gebeurt allemaal in nauw overleg met de dassendeskundigen en de terreinbeheerder (ecoloog).
Verplaatsing met welzijn van de das voorop
In het gebied zijn op 3 februari 2021 vangkooien geplaatst met voer en de omgeving is afgezet met behulp van een raster. Sensoren in de kooien waarschuwen zodra er een das in de kooi zit. De deskundigen kunnen hierdoor snel ter plaatse zijn om de das op te vangen. De eerste das is maandag 8 februari 2021 gevangen. Hij verblijft inmiddels tijdelijk in het Natuurhulpcentrum in Opglabbeek. Het gaat om een ouder mannetje van 16 kilo en hij maakt het goed.
Alles is er nu op gericht om ook de andere das zo snel mogelijk op te vangen, zodat ze samen naar de nieuwe locatie kunnen worden overgebracht. De experts houden daarbij het welzijn van de das die nog in ’t Ham verblijft nauwgezet in de gaten. In de winter is er voor een das altijd minder voedsel te vinden. Dassen bouwen hiervoor van te voren reserves op en zijn in de winter minder actief boven de grond. Op basis van de beelden constateren de experts dat de das in ’t Ham ook voldoende reserves heeft en niet minder actief is dan andere dassen in deze tijd van het jaar. Extra voer is in vangkooien aanwezig.
Vervolg
De provincie heeft de bescherming van de flora en fauna hoog in het vaandel staan, maar moet daarnaast ook de balans zoeken met economische en maatschappelijke vraagstukken. In de nu gekozen aanpak zijn wij van mening een goede balans gevonden te hebben. Zodra de tweede das gevangen is, wordt hij of zij herenigd met zijn of haar partner of maatje, zodat ze samen kunnen verhuizen naar de nieuwe locatie in landelijk gebied. Dassendeskundigen geven aan dat het normaal gedrag is dat deze dieren zich in de winter vooral in de burcht op houden en 1 tot 2 x per week daaruit komen om nieuw voedsel te zoeken. Dat beperkt de kansen om het dier te vangen, waardoor er mogelijk meer tijd nodig is. Daarom willen we dit proces tijd geven tot medio maart. Daarna begint het broedseizoen en zijn er ook nog andere beschermde diersoorten in het plangebied waar we rekening mee moeten houden.